(cf. art. 73 van de wet en 38 e.v. KB Plaatsing)
De kandidaat voegt bij zijn aanvraag tot deelneming het naar behoren op basis van de volgende richtlijnen ingevuld Uniform Europees Aanbestedingsdocument (UEA) met in geval van toepassing de gevraagde bijlagen.
Zie ook infra – draagkracht van derden.
Het betreft een verklaring op eer van de economische operatoren die dienst doet als voorlopig bewijs ter vervanging van certificaten en attesten, waarmee de economische operator verklaart dat hij zich niet in een situatie bevindt die kan of moet leiden tot uitsluiting van een operator, met vermelding van de eventuele corrigerende maatregelen en dat hij beantwoordt aan de toepasselijke selectiecriteria.
De opdrachtgever kan op elk moment van de procedure een kandidaat vragen om de documenten en bewijsstukken te bezorgen die in de volgende paragraaf beschreven worden, ongeacht het stadium waarin de procedure zich bevindt.
Deze documenten moeten bezorgd worden voor alle leden van het multidisciplinaire team, ongeacht of het daarbij nu om een of meerdere partners van de vereniging gaat of om onderaannemers op wier capaciteit een beroep gedaan wordt.
De aandacht wordt gevestigd op het feit dat deze controle de snelle bezorging zal vergen van de attesten en certificaten die in de volgende paragrafen gedetailleerd worden.
De opdrachtgever zal voor de selectie aan de voorlopig geselecteerde kandidaten en voor de gunning aan de voorlopig weerhouden inschrijver vragen om de documenten en bewijsstukken te bezorgen waarnaar hij in zijn UEA verwezen heeft en die niet gratis toegankelijk zijn.
Het formulier wordt aan voorliggend bestek toegevoegd, zowel in XML- als in PDF-formaat (in beide nationale talen, FR en NL).
De kandidaat wordt verzocht om het online formulier in te vullen via https://ec.europa.eu/tools/espd, dit af te drukken in PDF en het bij zijn aanvraag tot deelneming te voegen.
2.1.2. UEA, III: Uitsluitingsgronden (toegangsrecht)
NB: Voor de offertes die worden ingediend door combinaties van ondernemers zijn de bepalingen van dit deel "toegangsrecht" op elk lid afzonderlijk van toepassing, evenals op derden op wiens draagkracht men in het kader van de kwalitatieve selectie een beroep doet.
De uitsluitingsgronden in hoofdstukken A, B en C van dit deel worden mutatis mutandis vermeld in artikelen 67 tot 69 van de wet van 17 juni 2016 en uitvoeriger beschreven in artikelen 61 tot 64 van het KB van 18 april 2017. Die uitsluitingsgronden worden hieronder vermeld.
Corrigerende maatregelen
De kandidaat die in een van de in artikelen 67 of 69 van de wet bedoelde situaties verkeert, mag bewijzen dat de maatregelen die hij heeft genomen voldoende zijn om zijn betrouwbaarheid aan te tonen ondanks de toepasselijke uitsluitingsgrond.
Als de aanbestedende overheid dat bewijs toereikend acht, wordt de betrokken kandidaat niet uitgesloten van de plaatsingsprocedure (art. 70 van de wet van 17 juni 2016).
Deze corrigerende maatregelen zijn evenwel niet van toepassing:
— als de kandidaat is uitgesloten van deelname aan de plaatsingsprocedure door een rechterlijke beslissing met kracht van gewijsde (gedurende de uitsluitingsperiode bepaald door voornoemde beslissing),
— bij niet-naleving door de kandidaat van zijn verplichtingen tot betaling van belastingen of sociale zekerheidsbijdragen.
UEA, III, A: gronden die verband houden met strafrechtelijke veroordelingen
Document toe te voegen aan de aanvraag tot deelneming: een lijst dewelke vermeldt:
a) elke natuurlijke en/of rechtspersoon die zetelt in de bestuurs-, leidinggevende of toezichthoudende organen van de inschrijver;
b) de entiteiten op wiens draagkracht beroep werd gedaan voor de kwalitatieve selectie.
Documenten waarom in voorkomend geval verzocht wordt door de aanbestedende overheid in het kader van de controle van het UEA
a) Voor Belgische ondernemingen:
— een uittreksel uit het strafregister van elke natuurlijke of rechtspersoon die zetelt in de bestuurs-, leidinggevende of toezichthoudende organen van de kandidaat of inschrijver en de entiteiten op wiens draagkracht beroep werd gedaan waaruit blijkt dat deze personen niet veroordeeld werden door een vonnis met kracht van gewijsde voor een verplichte uitsluitingsgrond zoals bepaald in artikel 67 wet 17.6.2016.
UEA, III, B: gronden die verband houden met de betaling van belastingen of sociale premies.
De kandidaat moet in orde zijn:
— met zijn verplichtingen tot betaling van sociale zekerheidsbijdragen tot en met het laatste verstreken burgerlijk kwartaal vóór de uiterste indieningsdatum van de aanvragen tot deelneming,
— met zijn professionele fiscale verplichtingen voor de laatste verstreken fiscale periode vóór de uiterste indieningsdatum van de aanvragen tot deelneming.
Documenten toe te voegen aan de aanvraag tot deelneming:
a) Voor buitenlandse ondernemingen:
voor kandidaten of leden van het team uit een andere lidstaat van de Europese Unie worden attesten van de bevoegde autoriteiten toegevoegd die bewijzen dat de kandidaat in orde is met zijn hierboven vermelde verplichtingen.
Documenten waarom in voorkomend geval opnieuw verzocht wordt in het kader van de controle van het UEA
a) Voor buitenlandse ondernemingen:
voor kandidaten/inschrijvers of leden van het team uit een andere lidstaat van de Europese Unie worden attesten van de bevoegde autoriteiten toegevoegd die bewijzen dat deze in orde is/zijn met zijn hierboven vermelde verplichtingen.
UEA, III, C: gronden met betrekking tot insolventie, belangenconflicten of beroepsfouten
Door de indiening van zijn UEA verklaart de kandidaat en elke entiteit op wiens draagkracht hij beroep doet, zich niet in 1 van de in artikel 69 wet 17.6.2016 vermelde facultatieve uitsluitingsgevallen te bevinden.